ZAKAAT – Aan wie te geven?

Share:

بِسْمِ اللهِ الرَّحْمنِ الرَّحِيمِ

In de naam van Allah, de Barmhartige, de meeste Genadevolle.

Eén van de vijf pilaren van de islam is het betalen van de zakaat (de term zakaat wordt hieronder uitgelegd). Veel moslims in het Westen vragen zich af wat het beste doel voor hun zakaat is. Dit artikel gaat niet over hoe je de zakaat berekent – daar zijn andere organisaties voor.

Dit artikel gaat over WIE (of wat) een zakaat-doel mag zijn en wat de volgorde van voorkeur qua zakaat-doelen is.

WAT IS ZAKAAT?

Zakaat is de verplichte armoedebelasting voor moslims (ongeveer 2,5% van het vermogen). Het wordt op een vast moment per jaar berekend en afgedragen. Veel mensen doen dit voor de maand Ramadan, omdat dit een jaarlijks reflectie moment is, waarbij moslims de innerlijke maar ook de financiële boekhouding opmaken (muḥāsaba). Indien je een vast inkomen hebt, zonder te veel fluctuering, kun je er ook voor kiezen het maandelijks af te dragen.

WIE MAG ZAKAAT ONTVANGEN?

De zakaat dient als een reiniging (zakaa) van het ego. Het werkt als onthechting van materialisme en helpt ons bewustzijn te vergroten ten aanzien van de gunsten die we gekregen hebben. Daarnaast oefenen we in delen met anderen die minder financieel begunstigd zijn en versterkt het de onderlinge banden.

Kortgezegd zijn dit المساكين – ‘al-masaakien’ – de armen. Binnen de fiqh (jurisprudentie) val je onder de masaakien als je bezittingen minder dan de ‘nisaab’ zijn. Dit wordt ook wel vertaald als de armoedegrens. Val je erboven – dan ben je dus zakaat-plichtig. Val je eronder? Dan ben je niet zakaat-plichtig (en vervalt de verplichting om zakaat te betalen) en heb je recht om zakaat te ontvangen van anderen die wel zakaatplichtig zijn.

WIE VALLEN ER ONDER DE MASAAKIEN?

Wie er precies arm zijn, daarover is door de geleerden ook gediscussieerd. Er zijn binnen verschillende wetscholen verschillende concretiseringen aan gegeven. Het is te uitgebreid om hier op in te gaan. Sommige categorieën (zoals het vrijkopen van slaven) zijn in onze tijd en/of context (gelukkig) niet meer aanwezig. Hieronder volgt dus slechts een beknopte weergave:

  1. Masaakien: de (erge) armen. Zij die niet genoeg hebben om vaste lasten en eten te kunnen kopen.
  2. Faqir: Minderbedeelden. Mensen die net genoeg hebben om rond te komen, maar die geen (spaar)geld hebben waardoor ze onder de nisaab zitten.
  3. Iemand met schulden; wanneer de schuld ervoor zorgt dat iemand onder de nisaab zit.
  4. Een mujaahid / fi sabiel-lillah (op de weg van Allah) (voor interpretatie gevoelig). Letterlijk is dit “Iemand die intensieve inspanning voert op de weg van Allah”. Sommige geleerden specificeren dit als een ‘soldaat, maar één die zijn troep kwijtgeraakt is en de verzorging van de groep mist, maar alleen iemand die door een imam aangesteld is’. Andere geleerden zijn van mening dat kennis opdoen – en jezelf van luxe onthouden en focussen op studies omwille van Allah – de grotere jihaad is en scharen studenten van kennis ook onder deze categorie. Andere geleerden scharen religieuze instituties als moskeeën, ziekenhuizen, scholen en andere publieke welzijnsinstituten ook onder deze categorie.
  5. Een pelgrim die van zijn groep verdwaald is.
  6. Een reiziger die misschien in zijn thuisland wel boven de nisaab aan bezittingen heeft, maar onderweg minder dan de nisaab heeft en geen toegang tot diens bezit heeft (vandaag de dag met online bankieren bijna niet haalbaar). Deze persoon kan niet te veel zakaat gegeven worden, maar alleen het bedrag wat de persoon in staat stelt diens thuis weer te bereiken.
  7. Degene wiens harten verzoend moeten worden. In het algemeen kan hier van alles onder vallen wat valt in de categorie ‘dat wat de islam en moslims ten goede ontwikkelt’. Bijvoorbeeld aan mensen om hun hart/geloof in islam te versterken, recente bekeerlingen die afgezonderd zijn van hun familie, moslims met zwak geloof waarbij de investering van de zakaat hoogstwaarschijnlijk zal zorgen voor een groei in hun imaan, zakaat-verzamelaars die het geld aan dit soort goede doelen geven.

WIE MAG ER GEEN ZAKAAT ONTVANGEN?

  1. Niet-moslims mogen geen zakaat ontvangen, maar mogen wel sadaqah – algemene liefdadigheid -ontvangen, mits besteed aan halal-doeleinden. Niet-moslims zijn binnen de sharia natuurlijk tegelijkertijd ontheven van de plicht om zakaat te betalen.
  2. Iemand die boven de nisaab aan bezittingen heeft.
  3. Je ouders en je grootouders.
  4. Je kinderen of kleinkinderen.
  5. Je echtgenoot.

Er is verschil van mening over of religieuze kennisinstituten expliciet wel/niet zakaat-doelen zijn. Een deel ervan kan bijvoorbeeld onder punt 7 van zakaat-doelen vallen, anderen scharen het onder doel 4. De hanafi’s geven er echter de voorkeur aan om dan direct aan de arme student te betalen – dus dat wordt er indirect wel voor de studie gebuikt, maar dan alleen aan de minderdraagkrachtige studenten.

UITGANGPUNTEN EN/OF TWIJFEL?

  1. Als je moeite hebt gedaan om te kijken of die persoon echt zakaatbehoeftig is, je hebt het niet “blind” gedaan – en met de juiste intentie – dan is het geldig als zakaat.
  2. Het is afkeurenswaardig om een miskien-persoon (zoveel) te geven waardoor deze op/boven de nisaab komt. Qua bedrag moet je dan kijken over het komende jaar; een jaar moet voorbijgaan en iemand moet dan nog steeds onder de nisaab zitten. Je kunt dan wel zakaat geven, maar een lager bedrag aan 1 persoon, waardoor je anderen ook weer kunt geven.
  3. Qua hoogte is het juist goed om zoveel te geven, zodat ze niet meer hoeven te vragen om geld om eten of andere noodzakelijke middelen te kopen.
  4. Het is toegestaan om aan broers/zussen te geven, zeker omdat het ook bijdraagt aan ‘silh ar Rahiem’ – de ketting van barmhartigheid die (familie)banden sterk houdt. 
  5. Over het algemeen wordt het als ‘minder verkieslijk/ afkeurenswaardig’ gezien om aan doelen in het buitenland te geven. De wijsheid hierachter is dat je misschien geen oog hebt voor mensen die dicht bij je staan. Deze buitenland regel geldt niet als het een direct familielid of iemand die goed is voor het geloof – zoals een docent – betreft. [Shurunbulali, Maraqi al-Falah].
  6. Het beste is om zakaat aan iemand dichtbij binnen de familie te geven, dan je directe omgeving, dan je wijk, dan binnen je stad, dan binnen het land waar je woont en zo steeds een stapje verder. De wijsheid hierachter is dat je van mensen dichtbij goed kunt inschatten wat ze nodig hebben, omdat je ze kent. Dan weet je dus welke ‘nood’ het meest prangend is en waar je in kunt voorzien.

VOLGORDE VAN DEGENE DIE ZAKAAT HET MEEST VERDIENEN

Van onder de masaakien, de volgende volgorde:

  1. Masaakien onder je familieleden, in volgorde van nabijheid;
  2. masaakien onder je buren;
  3. masaakien in je gemeenschap;
  4. masaakien in je stad;
  5. masaaakien in het land waarin je leeft.

Hoe dan ook… Maak je spirituele en financiële balans op en geef je zakaat als reiniging van je ziel.

Ramadan Mubarak.

Volg je een wetschool? Dan is het aangeraden je eigen wetschool en erkende geleerden daarbinnen te volgen.

 الله أعلم

Allah is de Altijd Alles Overstijgende, beter Wetende

Door: Ustaadhah Anne Dijk

Gebaseerd op Hanafi & Shāf’iī fiqh